06 Jan Nieuwe technieken en regelgeving
Nieuws
Nieuwe technieken en regelgeving
De regelgeving loopt vaak achter op het toepassen van de allernieuwste technieken in de brandveiligheid, zo signaleert senior adviseur bij SGS Floriaan William Bell. ‘Draadloze detectie is bijvoorbeeld al vele jaren op de markt, maar het duurde ook enkele jaren voordat hiervoor EN54 normen beschikbaar kwamen en voordat we de techniek hierop konden toetsen.’
Dit had gevolgen voor de toepasbaarheid, aldus William Bell. ‘Veelal moest worden gelobbyd bij overheid en inspectie-instellingen om deze nieuwe techniek toe te mogen passen.’ Het is daarom aan de adviseur om altijd zo nauwkeurig mogelijk vast te leggen in het Programma van Eisen (PvE) waaraan de in dit geval draadloze installatie moest voldoen. ‘Zo voorkom je dat een door de ene partij goedgekeurde installatie later door een andere inspecteur wordt afgekeurd omdat er andere richtlijnen zijn gehanteerd.’
Verschillend assortiment aan brandbeveiligingssystemen
Ook nu draadloze detectie is voorzien van de benodigde certificaten, blijft het voor de adviseur een punt van aandacht. Zo is de redundantie bij verschillende fabricaten anders ingericht, en zijn niet alle componenten bij alle fabricaten beschikbaar. William: ‘Er zijn fabricaten die hun assortiment beperken tot rookmelders en handbrandmelders, terwijl andere fabricaten ook input- en outputmodules, nevenindicatoren, flitslichten en slow-whoop-alarmgevers in het assortiment hebben.’
Zoveel mogelijk informatie in PvE
Hij pleit er daarom voor dat de PvE-opsteller zoveel mogelijk informatie over de gebruikte producten opneemt. ‘Bijvoorbeeld wanneer een draadloos flitslicht alleen met amber of wit licht flitst, terwijl de standaard kleur rood is. Dit moeten we in het PvE benoemen om problemen tijdens certificering te voorkomen in verband met deze afwijkende kleur licht.’
Wijze van koppeling
Ook de wijze van koppeling kan verschillen, zo vertelt de adviseur. ‘Veel fabrikanten gebruiken een bekabelde lus met daarin opgenomen de transpondermodules. Er zijn echter ook fabricaten die de transponders door een mesh-netwerk onderling draadloos verbinden. Hierbij hoeft de transponder alleen een voedingsspanning te krijgen.’
Signaleren van brand door camera’s
Vrij nieuw zijn ook camera’s de rook en/of brand signaleren. Naast een advies in eventuele toepassing is het vastleggen van deze nieuwe techniek in het PvE van groot belang. William: ‘Voor thermische detectie met camerasystemen kun je de VdS 3189 (richtlijnen voor infrarood camerasystemen ten behoeve van thermische bewaking voor brandveiligheidsinstallaties) gebruiken.’ Ook zijn er al systemen die voldoen aan EN 54-10 (vlamdetectie).
Regelgeving omtrent branddetectie
‘Voor rookdetectie met camerabeelden is nog geen norm beschikbaar,’ aldus William. ‘Het wachten is nu op de regelgeving die deze nieuwe techniek een vaste plaats geeft in de wereld van de branddetectie,’ voegt hij er nog aan toe.
Mogelijke stoorinvloeden
‘Bij rook of branddetectie met camera moet je altijd bedenken hoe dit systeem reageert op mogelijke stoorinvloeden. Denk hierbij aan stof- of stoomwolken, flits- of zwaailichten, laswerkzaamheden of andere externe factoren. Een camerasysteem detecteert bovendien niets buiten het directe zicht, bijvoorbeeld achter obstakels of wanden. Voor een goede dekking zijn dus vaak meerdere camera’s nodig die vanuit verschillende standpunten de te bewaken objecten of ruimte overzien. Een camerasysteem is natuurlijk wel heel nuttig als verificatie van een melding van bijvoorbeeld een rookmelder,’ vertelt William.
Advies over de toepassing van PvE
Een adviseur ondersteunt niet alleen met een goed uitgangspuntendocument, maar ook met een advies over de toepassing van bepaalde producten. William: ‘Hierbij letten we onder meer op de omgevingsinvloeden, het toepassingsgebied en de kosten.’
Kosten van de installatie
Wat betreft de kosten gaat het dan om zowel de initiële kosten als kosten tijdens de gebruiksduur van de installatie. William: ‘Denk daarbij aan de kosten voor het regulier vervangen van de hoogwaardige batterijen en het uitvoeren van veldsterkte metingen om het bereik van de draadloze componenten te monitoren.’ William geeft hier een voorbeeld van: ‘Stel je hebt een ruimte met stalen kasten en je verplaatst deze. Dan kan dat de verbinding tussen een draadloze melder en transponder negatief beïnvloeden. Ook moet je nadenken hoe je omgaat met bijvoorbeeld functiebehoud van de transmissieweg als draadloze stuurmodules zijn toegepast.’
Vragen?
Heeft u te maken met bijzondere omgevingen waarbij nieuwe technieken wellicht uitkomst bieden? SGS Floriaan ondersteunt u daar graag bij. Heeft u vragen? U vindt onze contactgegevens rechtsboven.